Paradigma-uitgaven Posts

Wanderer

januari 2020. Eurykleia.

 

Orde op zaken

 

Ik heb Lucas genoeg afgeraden om op reis te gaan.

‘Denk aan Heinrich von Kleist, die werd als spion opgepakt,’ hield ik hem voor.‘ Hij reisde kriskras door Duitsland, dan naar Zwitserland – dat is toch precies de route die jij ook wilt nemen. Verschillende tussenstations in Noord-Duitsland en zelfs in Denemarken waar de familie van Henry Koehn intussen schijnt te wonen. Vervolgens naar het Lago Maggiore om krijgsraad te houden met Coralie…’

‘En voor de kluis in Ascona.’

‘Twee keer hebben ze Kleist gearresteerd. Hij zat ook een hele tijd in de gevangenis.’

Hij scheen daarvan niet erg onder de indruk te zijn.

Kon ik hem zeggen dat er tijdens zijn afwezigheid een einde zou komen aan onze staking en dat Jos Zoetesmeer een paar moreel hoogstaande columns zou schrijven op de webstek van HP? Dat zou chantage zijn geweest en daartoe verlagen we ons bij HP niet.

‘Denk eraan,’ zei ik, ‘de figuur van de Wanderer, van de romantische zwerver – dat is een eigenschap van de romanticus an sich, dat voortdurende ongemotiveerde reizen!’

‘Maar mijn reis is niet ongemotiveerd,’ riep hij, ‘denk toch niet dat ik een romanticus ben, Eurykleia! Ik heb kort voor Nieuwjaar een telefoontje uit Duitsland gekregen dat alles overhoop heeft gezet, maar dat ik niet kan negeren. Eurykleia, je moet me helpen, ik weet niet waar mijn hoofd staat. Ik kan het grote essay over Populistische Literatuur en Ecologische Klassiek op dit moment niet voltooien. Je moet de verschenen delen van de website halen en verwijzen naar mijn boek over Ecologische Klassiek.’

‘Maar we hebben voor dit jaar al twee andere boeken gepland.’

(Wordt voortgezet.)

‘En vergeet nooit te vermelden dat ik NIET ongemotiveerd op reis ga.’

 

Kerstcadeau’s nuttig & aangenaam

Dichtkunst, reynebeau.

 

Wordt uw schone Vl. Dichtkunst door sommige critici niet naar waarde geschat?

Dan hebt u zeker nog geen reynebeau, de pen waar automatisch de heerlijkste Vl. poëzie uit voortvloeit. Mét certificaat van de kunstenares.

Voor kerstgeschenken uit onze galerie-uitgeverij! Nu besteld – nog op tijd!Uitgeverij Paradigma

 

Nog draaglijke schande

 

Nog naar aanleiding van De Zwijgende Profeet.

Oktober 2019. Eurykleia

 

 

Bezorgde lezers vragen zich af hoe het nu zit.

Of de onthullingen over een vroeger leven van prof. Zoetesmeer in DZP hem zo erg te schande gemaakt hebben dat ik er zelf ook door getoucheerd word. En dat ik mijn platonische vriendschap met hem uit schaamte moet verbreken. Als ik niet meer buiten zou durven komen, dan was het met onze vriendschap ook gedaan. Er is veel wat ik verdragen kan, maar er zijn grenzen, Jos. Liever met wapperend vaandel in het volle leven staan, dan in affronten gevallen met een rood hoofd in de verborgenheid te zitten kniezen.

Nu is het waar dat Zoetesmeer in De Zwijgende Profeet wordt blootgesteld aan verleidingen en verlokkingen van velerlei aard. Alleen al de persoon van April Houschilt schijnt voor niet weinige lezers een wereld op te roepen van actieve wellust en wulpsheid, maar op de keper beschouwd houdt Jos toch min of meer stand. Het is weliswaar niet van de hand te wijzen dat hij aan het einde van het boek in een inrichting terechtkomt – maar zijn krankheid is niet ongeneeslijk. Dankzij de zorgen van zijn vriend, de beroemde psychiater prof. Schimmelspoor, komt hij er weer bovenop, voor het leven getekend weliswaar, maar niet voor de mensheid verloren.

Zoals iedere exil-literatuur is ook het werk van Lucas Mariën niet altijd optimistisch. Een tikkeltje weemoed ligt er over de wereld, als een sfumato over een Zuid-Italiaans landschap. Maar niet zelden is er ook die aangename humor die tot in het hilarische kan gaan – zonder evenwel in het kolderachtige te vervallen. De zedenles van het boek valt ietwat summier uit, maar voor de rest zijn er nog veel andere kenmerken. Waarmee misschien niet iedereen het eens is. Prof. Schimmelspoor vroeg me om een onderhoud in het belang van zijn patiënt. Hij keurde het boek integraal af.

‘Wordt de ethische bekommernis van Zoetesmeer in DZP voldoende geëvalueerd en gevaloriseerd, Eurykleia, dat vraag ik me in alle oprechtheid af, aangename humor of niet. Ik kan niet ontkennen dat het boek stijl heeft, en een hartverwarmend narratief, maar waar blijven de drempelverlagende aspecten?’

Daar stond ik dan met mijn mond vol tanden.

Psychiaters nemen het altijd op voor hun patiënten; niet zelden geven ze de entourage de schuld van wat er is misgelopen. En zo had ik meteen het gevoel dat de arts mij in het vizier nam. Niettegenstaande het feit dat Schimmelspoor nadrukkelijk beweerde dat hij ook mijn vriend was. Maar voor de belevenissen van Zoetesmeer in het boek draag ik niet de minste verantwoordelijkheid, temeer omdat ik Zoetesmeer in die tijd nog niet kende! Of denkt zo’n Schimmelspoor dat de patiënt anders zo grif op de uitnodiging van April zou zijn ingegaan! Vervolgens begon hij over het celibaat.

Een platonische vriendschap moet volgens hem meer Hegeliaans worden opgevat. Meer een proces dan een IS-toestand. De vakterm, zo leerde de professor me, is ‘delectatio carnalis’ wat betekent: de verrukkingen van het vlees. Alles hangt ervan af of de Daad daarmee behept is. Onkuisheid, blikken, aanrakingen, omhelzingen en kussen zijn op zich genomen geen doodzonde. Worden dat pas als er wellust in het spel is, die delectatio carnalis namelijk. Schimmelspoor schreef het extra voor mij op een briefje, dat ik het kon nakijken in het belang van de patiënt:

Thomas van Aquino

Summa Theologiae IIa-IIae,

Quaestio 154 art. 4

Met niets sta ik zo weinig op vertrouwde voet als met het celibaat.

Maar Schimmelspoor heeft gelijk. Het gaat hier over zeer persoonlijke en intieme aangelegenheden. Zou ik voor de eerste keer mijn zwijgen over mijn relatie met Zoetesmeer verbreken?

‘Maar je hébt er niet over gezwegen.’

Het klonk erger dan een verwijt.

‘Over de details toch wel,’ verdedigde ik me.

‘Maar Eurykleia – en het hele kniegate-schandaal dan?’

‘Dat was ik niet, dat was een lek, een whistleblower bij Het Paradigma.’

‘Kruis daarover, aangezien onze vriend Zoetesmeer volledig genezen weer uit de inrichting ontslagen is.’

Schimmelspoor begon dan nog eens over het celibaat.

‘Als je weet dat Jos op bezoek komt, kleedt je je als een – nouja, in ieder geval, zéér sexy.’

‘Ik kleed me (– moet ik, lieve lezer, mijn verbazing schilderen –) ik kleed me, nou ja, gewoon.’

‘Je ontvangt hem in een minirok en met een décolleté en met niets daaronder. Hoe denk je dat hij dat interpreteert?’

‘Denk je dat Jos dat… interpreteert?’

‘In ieder geval. We hebben een verhevigde worsteling met Thomas van Aquino kunnen vaststellen na iedere ontmoeting met jou. Als dat geen duidelijk teken is!’

Als dat mijn aandeel is in de ziektegeschiedenis van Zoetesmeer… Schimmelspoor heeft me overtuigd dat ik niet zo heel erg in affronten val, dat ik de vriendschap met Zoetesmeer moet verbreken. Ik heb beloofd om mee Thomas van Aquino te bestuderen, samen met mijn vriend dus. Alles evolueert – Hegeliaans gesproken – opperbest. Ik heb alweer een serie moreel hoogstaande columns van Jos mogen ontvangen, voor plaatsing op HP. En transcendentaal gezien blijft de schande nog duidelijk binnen de perken.

 

 

 

Over ‘De Zwijgende Profeet’.

Eurykleia/ Het Paradigma. September 2019.

 

Over De Zwijgende Profeet.

 

Als we onze toekomst al achter de rug hebben, kan een profeet zijn beroep dan nog behoorlijk uitoefenen? Is hij dan niet technisch werkloos? Als zijn ambt erin bestaat, uitspraken te doen die betrekking hebben op wat nog moet komen, wat kan hij dan zeggen als er niets meer op komst is? En als de verkondiger in gebreke blijft, hoe weet de wereld dan of er nog wat komt na het aanbreken van het niets?

De Zwijgende Profeet brengt verslag uit over de belevenissen van prof. dr. Jos Zoetesmeer, de populaire huistheoloog van Het Paradigma, op het landgoed Teruaen. Hij wordt daar uitgenodigd door April Houschilt, een bekende mediafiguur die doorgaat voor een van de aantrekkelijkste vrouwen van het land. Zeven jaar geleden heeft Zoetesmeer op hetzelfde landgoed al eens deelgenomen aan een seminarie over Het Goede in de Mens. Hij leerde daar toen een jonge Baltische theologe, Ulla, kennen – in zijn leven een eenmalige en onvergetelijke gebeurtenis. Maar nu is het April, die zich op Teruaen geïnstalleerd heeft, samen met een aantal niet-alledaagse figuren onder wie de Zwijgende Profeet zelf. Zij heeft de leiding van de media-afdeling van de geloofsgemeenschap die zich rond hem aan het vormen is. Ze hoopt nu dat de erkende moraaltheoloog Zoetesmeer voor het project gewonnen kan worden – of dat hij er tenminste over zal schrijven in het Ochtendgloren, een linkse krant met een voorliefde voor theologen als medewerkers. Zal April erin slagen hem op haar hand te krijgen? En in welke relatie staat ze tot de Ulla van zeven jaar geleden, die haar precies deze theoloog zou hebben aanbevolen? Dan is er ook nog een kind op Teruaen, een meisje met wie Zoetesmeer een geheimzinnige band schijnt te hebben en in wie hij een toekomstige grote moraliste ziet.

‘Gewoonlijk wordt het leven van moraaltheologen eenzijdig afgeschilderd als arm aan belevenissen, behalve dan van geestelijke aard,’ meent Zoetesmeer.

Toegegeven: in de kunst werd zijn beroep inderdaad gediscrimineerd, in vergelijking met bijvoorbeeld cowboys, detectives, prinsen en gerechtsdeurwaarders. Eindelijk dus nu de eerste roman waarin een moraaltheoloog de hoofdrol speelt! Maar die ook voor de rest ‘vol zit met menselijke lotgevallen en tragedies’ – dit boek kan niemand onverschillig laten.

In overeenstemming met de inzichten van de Ecologische Klassiek richt De Zwijgende Profeet zich tot lezers met een zeker niveau. In verband met deze problematiek publiceren we dezer dagen op deze website een tekst ‘Literair populisme en ecologische klassiek’.

Mogen we ook nog eens terugkomen op wat we naar aanleiding van de publicatie van Schadow schreven, en de geïnteresseerde lezer de herlezing aanbevelen van Tussenbouw en post-literatuur. N.a.v. “Schadow”.

De Zwijgende Profeet
Berlijn 2019
202 pagina’s
18 euro– Verzending inbegrepen

Bestelformulier :  Klikt u hier

Gecomprimeerde reynebeau met certificaat

 

14 maart 2019. Eurykleia.

 

Deze keer heb ik een kunstwerk gemaakt. Mijn eigenlijke beroep en roeping als beeldend kunstenares was op deze website al te zeer in de schaduw gebleven. Prof. Zoetesmeer zei het ook: ‘Eurykleia,’ zei hij, ‘als je niet de heilsgeschiedenis in wilt gaan als politiek commentator of als schrijfster van het kerstverhaal, zul je nu toch eens als beeldend kunstenares voor het voetlicht moeten treden.’

Dat heb ik gedaan en hier is het nu:

 

De gecomprimeerde reynebeau

met certificaat

 

De gecomprimeerde reynebeau is een balpen (designtype Cosima) in het blauw van Athene. Er bestaan nog veel andere kleuren, genoeg om een heel oeuvre in te graveren, maar ik heb dus deze keer voor de godin van de wijsheid gekozen.

Naast het logo van het Paradigma, dat we op de pen hebben laten aanbrengen, staat een citaat uit de bundel Spelbederf van Marc Reynebeau.

Met deze pen in uw hand zal het moeilijk zijn géén Vl. poëzie te schrijven! Je zet de punt nog maar op het papier en daar vloeien de gedichten al. Ze komen ter wereld als konijnen, zo vruchtbaar is deze pen.

U kunt kiezen uit vier inscripties:

(1) De sigaar/maar ook een beetje god.

Deze pen is al zo goed als uitverkocht door de grote aandrang van professoren, Zoetesmeers collega’s.

Ik hoop dat deze verzen hun weg zullen vinden naar het collectief onbewuste, dat ze het bezit zullen worden van het hele volk en zullen opgaan in de alledaagse taal. Zoals het tweede vers bijvoorbeeld, waarom zou dat geen begroetingsformule kunnen worden? ’s Morgens op kantoor, in de lerarenkamer… begroet mevrouw A een collega:

 

(2) Ze zegt: ‘De valleien.’

Collega B antwoordt: ‘Van somber zelfbeklag.’

 

Bij wijze van groet en wedergroet. Of:

 

Transgenderist C zegt: ‘Een glijbaan.’

En Prof. Daas: ‘Om op stil te zitten.’

 

Nee, pardon, dat laatste is er nog niet bij, bij de huidige oplage. Maar dit wel, wel meer een monoloog:

 

(3) ‘Een paar miljard miserabelen

Ook jij, lezer, en ik zelfs.’

 

Het vierde vers is dan weer geschikt voor bijzondere gelegenheden, als rouwbeklag bijvoorbeeld. De condoleant zegt

 

(4) ‘van de aandriften het toilet’.

De overledene antwoordt: ‘met daarin het proces ervan’.

 

De prijs voor dit eenmalige kunstwerk, voor één gecomprimeerde reynebeau is 22 €. De vier pennen samen voor 69 €. Vergeet u vooral niet te vermelden welke inscriptie u wenst.

Bij ieder exemplaar hoort een door mij, Eurykleia, getekend certificaat. Epigonen, vervalsers, profiteurs zouden kunnen proberen de reynebeau na te maken en eventueel zelfs minder ernstige apocriefe (!) teksten op de schacht te zetten! Maar met ons certificaat bent u veilig, en alleen de ware poëzie van de grote Marc krijgt een zo prominente plaats.

De geboorte van dit kunstwerk gaat natuurlijk gepaard met een geweldig atelierfeest. Maar vooralsnog moet dit in beperkte kring plaatsvinden omdat de omstandigheden het (nog) niet anders toestaan. Maar ooit… misschien het grootste volksfeest van het land!