Detectivebord: steekkaart Renders – godin van het Recht.
vanaf 6 mei 2017. Coralie Coloratuur
trefwoorden: Themis, Rechtsorde, RR, polemiek, de Walschap van de kunstwetenschap, door politie ondervraagd, erkenning symbolische betekenis…
- ‘Wees ervan overtuigd dat mijn bezwaren zullen worden aanvaard door de Belgische autoriteiten, door de organisatoren van de tentoonstelling Oude Kunst, door alle bezoekers, door alle gewetensvolle historici – rechtvaardig en integer, uit alle landen – evenals door alle lezers van het Pantheon.’ Renders in het geciteerde pamflet, p. 8. Cfr. ook http://hetparadigma.eu/2017/10/22/welkom-historisc…k-framing-epoche/
- Een fout bij Karel Mortier? Op 14 juli 1943 geen aantekening in dagboek Koehn over gesprek met Debeer/Lebeer – waarbij die gezegd zou hebben dat Renders wist waar RR waren. Conflict Renders – Van Puyvelde zou met de diefstal te maken hebben gehad (volksmond & Koehn had dit ook al opgevangen). Volgens dagboek Koehn was hij op 14 juli 1943 de hele dag in Brussel. Hij moest (zoals vaker) schietoefeningen gaan doen (150m liggend, uit de losse hand… Resultaat: vijf keer raak = 32 punten; ook nog 10 – 11 -2 – 11 – 11 = 45 punten). Hoe vergist Mortier zich? Op dit moment spoor bijster. (CC, 7 mei ’17.)
- Volgens Hilde Leynen – in ‘Wetenschappelijke Tijdingen XXXVIII (1979), kol. 232 – gaf de diefstal van de Rechtvaardige Rechters meteen aanleiding tot ‘speculaties in de pers’. Een daarvan was dat ‘kunstdieven om polemische redenen, meer bepaald het wel of niet bestaan van Hubert van Eyck, het breekijzer zouden gehanteerd hebben’ (t.a.p.). In ieder geval werd Renders ook door de politie ondervraagd, maar door die van Brugge en pas op 22 mei 1935 (Dossier Gent; proces verbaal 1027). (CC, 14 mei ’17.) De eerste keer dat de vraag rijst naar niet-materiële maar ideële, symbolische achtergronden van de diefstal.
- Émile Renders was de Walschap van de kunstwetenschap. Hij slaagde erin het kennis- en meningsmonopolie van katholiek Vlaanderen te doorbreken en een lichtstraal binnen te laten in een feodale wereld. Het inzicht dat er eigenlijk geen argumenten waren om aan te nemen dat Jan van Eyck een ‘broeder’ had gehad – laat staan een ‘broeder’ die clericus was en hem precies vertelde wat en hoe hij moest schilderen – was al in 1924 door Max Friedländer geformuleerd. (CC, 14 mei ’17.)
- ideaaltypisch koppel kunstenaar-‘geestelijke raadsman’.
- Het glas water dat voor de ene half vol is, is voor de andere half leeg. Wie van beiden zijn interpretatie kan doorzetten beschikt over de betere duidingsmacht.
- In de negentiende eeuw wordt kunst een belangrijke factor in de vorming van nationale en individuele identiteiten, ze wordt ook een statussymbool. Hetzelfde geldt tot op zekere hoogte voor wetenschap en filosofie. Émile Renders gaat in tegen de feodale duidingsmacht, o.a. door de publicatie op eigen kosten en op niet minder dan tweeduizend exemplaren van bovenstaand pamflet. Waarin hij de katholieke kunstbaas Van Puyvelde, chef-conservator etc., en met hem het hele Huichelarijse culturele bestel, danig in zijn hemd zet. (CC 29 mei ’17)